De beroemde roman Ulysses van James Joyce Een roman is een samenhangend prozaverhaal van boeklengte over de handelingen en persoonlijkheidsontwikkeling van een of meer personages, meestal in relatie met hun milieu. Romans zijn overwegend van fictionele aard en overtreffen in omvang het kort verhaal en de novelle, Het onderscheid tussen novelle en roman is niet altijd scherp aan te geven.
Contents
Hoe weet je of een boek een roman is?
Wat is een roman? – Een roman is een fictief of semi-fictief verhaal. Het verhaal draait meestal om 1 of meerdere belangrijke personages en de ontwikkeling die zij doormaken. In tegenstelling tot een kort verhaal of een novelle is een roman een aanzienlijk langer verhaal.
Wat houdt een roman in?
genre – Etym : Lat. genera = soorten; meervoud van genus = afkomst, soort, klasse. Aanduiding voor de inhoudelijk en formeel bepaalde soorten of klassen van literaire teksten. De genres waarin de literatuur wordt opgedeeld zijn zeer talrijk. Men onderscheidt in de praktijk hoofdgenres ( lyriek, epiek, dramatiek ), subgenre s (roman, novelle, verhaal, sonnet, kwatrijn e.d.) en historisch bepaalde genres (dageraadslied, ridderroman, klassiek blijspel e.d.).
De indeling in hoofdgenres gaat terug op Plato en Aristoteles. De eerste onderscheidde in De Staat drie soorten van ‘vertellen’: een eenvoudig verhaal (de auteur vertelt zelf), een verhaal door middel van nabootsing (de auteur is afwezig en laat personages spreken) of een verhaal door vermenging van beide (de auteur vertelt zelf, maar laat ook de personages spreken).
Op grond van de vraag ‘wie spreekt er’? leidde dit later tot een indeling van literatuur in (subjectieve) lyriek, (objectieve) dramatiek en (gemengde) epiek. Aristoteles kwam, maar op grond van een ander criterium, nl. de graad van imitatie ( mimesis ) van de werkelijkheid, tot een enigszins gelijkaardige indeling als zijn leermeester, waarbij vooral vertelkunst (epiek) en voorstellingskunst (dramatiek) tegenover elkaar werden gezet.
In de middeleeuwen hanteerde men, onder invloed van Diomedes, veelal ook een driedeling: het dramatische genre (de auteur spreekt niet, zoals in de dialogen van de klucht); het verhalende genre (de auteur spreekt, zoals in het leerdicht); en het gemengde genre (zoals in het epos, waar auteur en personages spreken).
In de Latijnse poëtica’s van de 17 de eeuw (bijv. bij Vossius) vindt men Aristoteles’ tweedeling terug, maar tegelijkertijd ziet men in de retorica een driedeling (genera dicendi, genera elocutionis ), gebaseerd op de drie stijlmiddelen van de ars persuadendi,
Ze zijn verbonden met bepaalde (sub)genres, zoals het genus humile (lage stijl) met het blijspel en het genus sublime (verheven stijl) met het epos. Maar in de renaissance ziet men ook andere tendensen. Een auteur als Bruno deed zelfs de uitspraak dat er evenveel poëziegenres zijn als dichters. Het zal echter tot de romantiek duren voordat dit soort uitspraken op grotere schaal voorkomt.
De driedeling blijft wel dominant en wordt nog versterkt door Goethes ‘Naturformen der Poesie’. Hij zag de genres als natuurlijke zijnsvormen of als ‘wezenlijk’ bepaalde grondhoudingen van de mens. Deze grondhoudingen kunnen worden omschreven als de wisselende verhouding tussen subject en object. Ieder der punten en de daartegenover gelegen zijde zouden een onherleidbare oppositie uitdrukken (bericht/uitbeelding; handeling/toestand; dialoog/monoloog); ieder van de zijden hun binaire verwantschap. Petersen definieerde het als volgt: lyriek is monologische uitbeelding van een toestand, epiek is monologisch bericht van een handeling, dramatiek is dialogische uitbeelding van een handeling.
Een dergelijke benadering houdt echter veel te weinig rekening met de historische ontwikkeling die de hoofdgenres hebben doorgemaakt, met de vele ‘tussenvormen’ die de literatuur rijk is en met andere mogelijke genrebepalende criteria van stilistische (bijv. poëzie-proza), pragmatische (bijv. belerend-onderhoudend) of grafische aard (bladspiegel).
Daarom schiet een statische definitie van zgn. ahistorische genrecategorieën of ‘wezensvormen’ steeds tekort. Toch blijft de driedeling en de zoektocht naar het ‘wezen’ van de hoofdgenres doorwerken, zij het minder als een strikte scheiding tussen soorten literaire werken.
Zo hanteert Emil Staiger ( Grundbegriffe der Poetik, 1946) het onderscheid lyrisch, episch en dramatisch als eigenschappen die samen in één werk kunnen voorkomen, met name als elementen van stijl en visie. Tegenwoordig vat men dan ook het genrebegrip veeleer op als een postulaat, als een abstractie waarmee in de werkelijkheid geen enkele literaire tekst (volledig) correspondeert.
Dit is a fortiori het geval voor historisch duidelijk gesitueerde tekstsoorten die het corpus van de genoemde hoofdgenres uitmaken. Op het eerste gezicht lijkt alles wel mooi geordend te kunnen worden: onder epiek ressorteren bijv. epos en roman, novelle, short story, enz.
en verder binnen het genre roman subgenres als de picareske roman, de ontwikkelingsroman, de streekroman e.d. Tot de dramatiek rekent men dan genres als tragedie, komedie en klucht, en verder subgenres zoals de comédie d’intrigue, comédie larmoyante, vaudeville, enz. En hetzelfde zou kunnen gelden voor de lyriek, met genres als de ode, de elegie, het sonnet en subgenres of varianten als het petrarcasonnet, het shakespearesonnet, het ronsardsonnet e.d.
Zo’n doorgedreven ordening binnen de drie hoofdgenres doet echter geen recht aan een aantal tekstsoorten die veeleer op psychosociale en functionele gronden onderscheiden moeten worden en die het traditionele genresysteem doorkruisen. Zo manifesteren zich ‘genres’ als arbeidersliteratuur, vrouwenliteratuur, jeugdliteratuur op grond van schrijver of geïntendeerd publiek.
Zo leidt de specifieke werkzaamheid van bepaalde teksttypes tot classificaties als bekentenisliteratuur, gebruiksliteratuur, tendensliteratuur, ontspanningsliteratuur, enz. Deze en gelijkaardige ordeningen steunen, net zoals die onder de drie hoofdgenres, op een zgn. genrebewustzijn, d.w.z. een soort kader waarin men teksten schrijft en leest, of nog: een verwachtingshorizon die opgeroepen wordt door formele, inhoudelijke en/of pragmatische gegevens.
Een dergelijk genrebewustzijn is echter geen statisch concept. Immers, teksttypes van welke aard ook evolueren voortdurend binnen een ruime marge: schrijvers parodiëren, nemen over, verbeteren, reageren en willen het vaak heel anders doen, en lezers voelen zich thuis in een genre, of ontgoocheld, vervreemd, enz.
- Zie esthetiek van de identiteit/oppositie ).
- In de praktijk van het postmodernisme valt het bijv.
- Op dat de grenzen van de genres erg vlottend zijn (grensverkeer, grensvervaging, ‘breuken’ en ‘onregelmatigheden’).M.a.w.
- Genres en subgenres functioneren steeds m.b.t.
- Het geheel van de andere genres, dus van de literatuur(opvattingen) op een bepaald moment in de geschiedenis.
Zoals in de literaire historiografie opteert men daarom meer en meer voor een functionele aanpak. Groepen van teksten worden beschreven in hun synchronische en diachronische relaties met elkaar en met ‘andere’ (al dan niet canonieke) teksten. Men krijgt dus oog voor de veranderlijkheid zelf van de genrecategorieën en genregrenzen en probeert de principes van die evolutie te achterhalen (zie systeem(theorie) ).
- Overigens blijven de interacties niet beperkt tot zgn.
- Literaire teksten.
- Genres en subgenres zijn nl.
- Bij hun ontstaan vaak antwoorden op nieuwe noden of behoeften in de maatschappij die in of door vroegere genres niet (of minder adequaat) konden worden verwoord.M.a.w.
- Binnen literaire systemen worden op een bepaald moment in de geschiedenis uit de vele mogelijkheden van talige communicatie (verwoording van de werkelijkheid) bepaalde modellen gekozen die aan specifieke noden (esthetische, sociale, enz.) tegemoetkomen.
Literaire genres reageren aldus ook op andere ‘teksten’ die de cultuur uitmaken: religieuze, politieke, wetenschappelijke en juridische vormen van discours, zowel als plastische kunsten, film en audiovisuele media. Dit alles wijst erop dat de genrestudie niet alleen een kwestie is van ‘vormen’, maar ook van normen en waarden.
- Genreonderzoek richt zich dan ook steeds meer op de literaire opvattingen die in een bepaalde tijd richtinggevend zijn geweest voor de voorkeur die men voor bepaalde soorten literatuur heeft gehad en op de wijze waarop men ze in verband daarmee heeft gedefinieerd.
- Zie ook intertekstualiteit en teksttype,
Lit : G. Stuiveling, ‘Hardop denken over het genrebegrip’ in Handelingen 26 e filologencongres (1960), p.66-77 • S. Dresden, ‘Het begrip “genre”‘ in Handelingen 26 e filologencongres (1960), p.77-85 • W. Kayser, Das Sprachliche Kunstwerk (1971 15 ), p.330-387 • K.
- Hempfer, Gattungstheorie (1973) • G.
- Genette, Introduction à l’architexte (1979) • M.
- Bal (red.), Literaire genres en hun gebruik (1981) • G.S.
- Morson, The boundaries of genre (1981) • A.
- Fowler, Kinds of literature.
- An introduction to the theory of genres and modes (1985) • J.M.
- Schaeffer, Qu’est-ce qu’un genre littéraire? (1989) • L.
Wesseling, ‘Genre’ in W. van Peer & K. Dijkstra (red.), Sleutelwoorden (1991), p.58-66 • D. de Geest & H. van Gorp, ‘Literary genres from a systemic functionalist perspective’ in Reconceptions of genre, themanummer European journal of English Studies (EJES) (1999), p.33-50 • G.
Wat is het verschil tussen een roman en een verhaal?
Toewijding – Ben je bereid om een jaar of zelfs langer te werken aan jouw verhaal? Bedenk dat het schrijven van een roman veel tijd en energie vergt. Merendeel van wat je schrijft, zul je herschrijven of zelfs schrappen. Vervolgens is het nog maar de vraag of het boek überhaupt gepubliceerd zal worden.
Denk je vaak aan jouw personages? Kun je niet wachten tot je thuis bent om verder te schrijven? Wil je het beste uit jezelf halen en dat op papier zetten? Ga je er spijt van krijgen als je dit verhaal niet verder had uitgewerkt? Zo ja, dan heb je misschien een roman in handen. Dat wil niet zeggen dat een kort verhaal minder toewijding benodigd.
Sta stil bij de consequenties die de twee verhaalvormen met zich meebrengen en wat jouw doel is met het idee. Zolang je er plezier uit haalt, is geen van beide een slechte keuze. Door: Reinoud Schaatsbergen Heb je de keuze gemaakt om korte verhalen te schrijven, maar weet je niet goed waar te beginnen? Lees dan eens het boek Korte verhalen schrijven van Ton Rozeman.
Hoe weet je of een boek literatuur is?
Wanneer is een boek lectuur en wanneer spreek je van literatuur? 2 april 2011, 00:00 • 2 minuten leestijd Vraagteken-VHDB-zelfvragen ROTTERDAM – Mevrouw Heuse uit Ridderkerk: Wanneer is een boek lectuur en wanneer spreek je van literatuur? Tot de lectuur wordt alles wat gelezen kan worden gerekend. Een kenmerk van lectuur is dat het eenvoudig is. Met simpele verhaallijnen en weinig vernieuwend taalgebruik.
In lectuurboeken zitten vaak stereotypen die vrij oppervlakkig zijn. Literatuur gaat over realistische problemen. Verder zijn ze vaak complex van opbouw en verrassend qua taalgebruik, in tegenstelling tot lectuur. Ook word je vaak door de personages aan het denken gezet. Omdat het niet altijd duidelijk is of iets aan lectuur of literatuur behoort, dat wil zeggen waar men het niet over eens is, zitten er ook boeken in het ‘schemergebied’.
Dat geldt vooral voor boeken in genres als doktersromans, streekromans, liefdesromans, wildwestromans, misdaad- en avonturenromans. Verschil lectuur en literature : – schrijvers van lectuur willen geen kunst maken, ze zijn niet artistiek gericht, en zijn alleen voor de ontspanning – schrijvers van literatuur willen kunst maken en passen zich nauwelijks aan aan de smaak van de schrijver of aan de mode.
- Ze willen meer bieden dan ontspanning bijv.
- Je aan het denken zetten.
- Het 2e verschil heeft met de erkenning te maken die een tekst krijgt van de literaire recensenten (professionele lezers) zij hebben lezen en het beoordelen ervan tot hun beroep gemaakt.
- Zij bepalen het verschil tussen lectuur en literatuur.
In de 3e plaats: bij uitgeverijen wordt het verschil tussen literatuur en lectuur d.M.V een schifting gemaakt. In de 4e plaats heeft het verschil van lectuur en literatuur te maken met de kwaliteit van de tekst. Literatuur heeft inhoudelijk meer diepgang, is in een betere stijl geschreven, heeft een goede bouw, geen voorspelbare personages en geen vaste rolpatronen.
- Lectuur is altijd hetzelfde geschreven volgens dezelfde opzet, de lezer weet wat hij kan verwachten.
- Dit komt van dezelfde website: ) Deze informatie ontbreekt vanwege je cookievoorkeuren Om je cookievoorkeuren te respecteren kunnen we de informatie die op deze plek getoond moet worden niet laten zien.
Je kunt er voor kiezen om alsnog cookies te accepteren, de content op het externe platform te bekijken of niets te doen. : Wanneer is een boek lectuur en wanneer spreek je van literatuur?
Waarom heet een boek een roman?
De beroemde roman Ulysses van James Joyce Een roman is een samenhangend prozaverhaal van boeklengte over de handelingen en persoonlijkheidsontwikkeling van een of meer personages, meestal in relatie met hun milieu. Romans zijn overwegend van fictionele aard en overtreffen in omvang het kort verhaal en de novelle, Het onderscheid tussen novelle en roman is niet altijd scherp aan te geven.
Wat maakt een roman goed?
Waar moet een roman aan voldoen? – Een roman moet aan een aantal aspecten voldoen om de lezer mee te zuigen in het verhaal. Hierbij kunt u denken aan een point of no return, bijpersonages, emotie en spanning. Maak de aanleiding binnen twee hoofdstukken bekend Wanneer een lezer begint aan een roman, moet vrij snel duidelijk zijn wat het probleem is van het hoofdpersonage.
Wat zit diegene dwars? Wat is de aanleiding van de reis die het personage gaat maken? Dat moment noemen we the point of no return, Dit moet binnen twee hoofdstukken duidelijk zijn, zodat de lezer en het personage snel aan het verhaal kunnen beginnen en het niet langdradig wordt. Introduceer zo snel mogelijk de bijpersonages Wanneer u begint met het schrijven van een roman, introduceer dan zo snel mogelijk de bijpersonen van het verhaal, ook al hebben deze personen in het begin nog maar een kleine rol.
Op die manier voorkom je dat bijpersonen later in het verhaal ‘ineens opduiken’. Wanneer dit gebeurt, komt het verhaal ongeloofwaardig over. Bedenk een tegenhanger van het hoofdpersonage Tegenover elke held staat een slechterik. Deze persoon kan de hoofdpersoon dwarsbomen, waardoor het verhaal spannend en intrigerend wordt.
Zo’n tegenhanger wordt ook wel een antagonist genoemd. Verdiep u in de wereld van het hoofdpersonage Wanneer u een roman schrijft, is het belangrijk dat u verstand heeft van de wereld waarin de hoofdpersoon zich bevindt. Werkt de hoofdpersoon bijvoorbeeld in het laboratorium? Zorg er dan voor dat u als schrijver weet wat er in dat laboratorium gebeurt.
Op die manier komt uw personage geloofwaardig over. Roep emotie op Een lezer kunt u alleen meenemen in uw verhaal wanneer het meegesleept wordt door emotie. Leg de focus daarom meer op emotie dan op feiten. Hierdoor leeft de lezer sneller mee met het personage en begrijpt diegene hoe het personage zich voelt.
Hoeveel paginas moet een roman hebben?
Hoeveel woorden heeft een boek? Even googelen leert je dat de meeste boeken in de boekhandel zo’n 200 tot 300 pagina’s hebben. In het gemiddelde boek passen er gemiddeld 250 woorden op een pagina. Je moet dus tussen de 50.000 en de 80.000 woorden schrijven om op 200 tot 300 pagina’s uit te komen, en een boek van 250 pagina’s heeft ongeveer 60.000 woorden.
Hoeveel woorden moet een roman hebben?
Woordaantallen per genre Roman: 70.000 – 90.000. Young Adult 55.000 – 70.000. Non-fictie 40.000 – 90.000.
Hoe lang is een roman?
Een succesvolle historische roman heeft een gemiddelde lengte van 102.000 woorden (290 pagina’s). Dat is 3.000 woorden meer dan een gewone roman.2. Thrillers en stuiver- romans zijn veel korter, gemiddeld 91.000 woorden.
Kan een roman waargebeurd zijn?
Kan een roman waargebeurd zijn? – Het antwoord is ja! Een roman kan zeker waargebeurd zijn. Waargebeurde romans zijn fictieve werken die gebaseerd zijn op echte gebeurtenissen en personen. Ze combineren feiten en fictie om een meeslepend verhaal te creëren dat zowel boeiend als informatief is.
Hoe leg je uit dat een boek literatuur is?
Over het algemeen worden boeken bestempeld tot literatuur wanneer de verhalen origineel en kwalitatief bevonden worden. Dit komt onder andere door de personages die, in tegenstelling tot de lectuur, niet oppervlakkig zijn. Ze maken een verandering door gedurende het verhaal.
Wat telt als literatuur?
Literatuur is een term uit de wereld van de boeken, Literatuur zijn teksten waarvan men vindt dat ze meer waarde hebben dan ‘gewone’ teksten. Het gaat dus om bijzonder knappe gedichten, verhalen, toneelstukken of andere teksten die als kunstwerken beschouwd worden.
- Reisgidsen, kookboeken en knutselboeken zijn dus geen literatuur.
- Deze boeken zijn immers gewoon bedoeld om informatie te geven.
- Een literair werk heeft kenmerken die een ander werk (zoals een gewone reisgids) niet heeft.
- Als bijvoorbeeld in een boek de personages (de hoofd- of bijpersonen) een duidelijke verandering doormaken (van goed mens naar slecht mens of andersom bijvoorbeeld) dan is er sprake van literatuur.
Ook de stijl, de manier waarop het geschreven is, heel belangrijk. Zo kan een boek waar erg weinig in gebeurt toch “literair” worden bevonden. Een opvallend kenmerk van literatuur is dat de schrijver erg zijn best doet bij de keuze en de schikking van de woorden,
- Vaak zijn het lange en moeilijke teksten, al hoeft dit niet zo te zijn.
- Het tegenovergestelde van literatuur is lectuur,
- Een roman kan bijvoorbeeld literatuur zijn, maar een dertien in een dozijn-stationsromannetje is het dan weer niet.
- Dat is dan weer ‘lectuur’.
- Het zijn niet de gewone lezers die bepalen wat tot de betere ‘literatuur’ behoort, maar literatuurwetenschappers, uitgevers en critici.
In een bibliotheek wordt heel veel literatuur bij elkaar verzameld. Een belangrijke prijs in de literatuur is de Nobelprijs voor Literatuur,
Wat maakt een boek origineel?
Originaliteit is niet anders zijn – In het kader van deze discussie wil ik het woord originaliteit eens onder de loep nemen. Want dat woord heeft sinds de jaren zestig een nogal platte betekenis gekregen. Originaliteit is namelijk niet hetzelfde als ‘doen wat nog niet eerder werd gedaan’.
Hoe wordt bepaald wat literatuur is?
Achtergrond van het concept – De hierboven gebruikte definitie van het concept ‘literatuur’ wordt ook wel een functionalistische of institutionele definitie genoemd. Als je op die manier naar literatuur kijkt, is het belangrijk om in kaart te brengen wie precies mogen uitmaken wat literatuur genoemd wordt (en wat dus niet).
Wie bepaalt met andere woorden de criteria? In de literatuursociologie is het gebruikelijk om het antwoord op die vraag te zoeken door zogenaamde instituties te analyseren. Onder instituties worden de instellingen, organisaties en (groepen van) personen aangeduid die zich bezighouden met het verspreiden, becommentariëren en waarderen van teksten die voor het etiket ‘literatuur’ in aanmerking komen (Vaessens & Bijl 2013, 28).
Bekende en veel bestudeerde instituties zijn de literaire kritiek, de bibliotheek, de boekhandel en de uitgeverij. Ook het literatuuronderwijs geldt als een institutie die mede bepaalt wat als literatuur beschouwd wordt en wat niet. Het begrip ‘literatuur’ wordt in het voortgezet onderwijs niet vastomlijnd ingevuld.
In het vmbo-programma wordt de term niet eens gebruikt: het gaat daar om ‘fictie’. In het examenprogramma voor havo en vwo wordt echter van leerlingen gevraagd dat zij beargumenteerd verslag kunnen uitbrengen van ‘leeservaringen met een aantal door hen geselecteerde literaire werken’. Er wordt daarbij niet toegelicht wanneer een werk literair is.
In de praktijk leidt dit ertoe dat individuele (bovenbouw)docenten als poortwachter fungeren en bepalen welke teksten leerlingen wel en niet op hun leeslijst mogen zetten. In die zin beantwoorden literatuurdocenten aan wat Laan (2018) een ‘medemaker’ noemt: zij geven mede vorm aan wat binnen een gegeven context als literatuur wordt beschouwd.
- Docenten verschillen sterk in hun opvattingen over literatuur (Janssen, 1998).
- Om die reden kan de vraag of een bepaald boek op ‘de lijst’ gezet mag worden tot verhitte discussies leiden.
- Want als het examenprogramma om ‘literaire werken’ vraagt, mag je dan bijvoorbeeld een ‘literaire thriller’ toestaan? Recente publicaties in de literatuurwetenschap kiezen wat dat betreft voor een sterk inclusief perspectief.
Dorleijn, De Geest en Verstraeten (2017) wijzen er bijvoorbeeld op dat het begrip ‘literatuur’ verschillende praktijken dekt en dat de literaire cultuur in de 21 e eeuw veel breder is dan ze pakweg honderd jaar geleden was. Tegenwoordig omvat ‘literatuur’ niet alleen de Klassiekers met hoofdletter K, maar ook populaire literatuur, jeugdliteratuur, non-fictieboeken en films, televisieseries en games die zich op de literaire traditie beroepen.
Voor sommigen is dat standpunt omstreden. Voor hen gaat het bij literatuur om de schone letteren, en daar horen spannende detectives niet bij. Tegenstanders van een inclusief literatuurconcept hanteren meestal de tegenhanger van een functionalistische of institutionele definitie, namelijk een essentialistische definitie van literatuur.
Zij menen dat literaire teksten een aantal vaststelbare eigenschappen hebben waardoor ze onderscheiden kunnen worden van niet-literaire teksten, die dan meestal ‘lectuur’ worden genoemd. In veelgebruikte lesmethoden in het voortgezet onderwijs zien we dat essentialistische denken terug.
Laagland, literatuur en lezer definieert literatuur bijvoorbeeld in termen van ‘meerduidigheid’ en ‘open plekken’, terwijl het zeer recente Nieuw Nederlands Literatuur de volgende conceptualisering bevat: ‘Verzamelnaam voor teksten die een “diepere laag” hebben’ (p.12). Die diepere laag zou tot uiting komen via kenmerken als complexiteit, originaliteit, onvoorspelbaarheid, bijzonder taalgebruik en ambiguïteit.
De methode Dautzenberg: geschiedenis en theorie legt iets meer klemtoon op de subjectieve rol van de lezer in de toekenning van het etiket ‘literair’. Hier wordt literatuur in eerste instantie gedefinieerd als ‘teksten die gelezen worden omdat men ze mooi, aangrijpend, indrukwekkend vindt’ (p.7). Lesmethoden die een essentialistische definitie van literatuur hanteren, doen alsof er objectieve regels zijn waaraan je een literaire tekst kunt toetsen. In werkelijkheid zijn criteria als ‘complexiteit’ en ‘dubbelzinnigheid’ echter sterk normatief. Als docent kun je dus nooit neutraal over literatuur praten: je draagt altijd een zogenaamde poëtica (of: literatuuropvatting) uit.
- Eerder onderzoek naar literatuurdidactiek laat zien dat er verschillende docenttypologieën onderscheiden kunnen worden in het Nederlandse literatuuronderwijs.
- Aan de basis van dat onderzoek staat het proefschrift van Janssen (1998), waarin op basis van enquêtes onder 1200 bovenbouwdocenten Nederlands vier typen literatuurdocenten onderscheiden worden: de culturele vormer (met een focus op literatuurgeschiedenis en literaire stromingen), de literair-esthetische vormer (focus op literatuurtheorie en formele structuuranalyse), de maatschappelijke vormer (focus op de maatschappelijke achtergrond van teksten) en de individuele ontplooier (focus op de persoonlijke leesbeleving van leerlingen).
Verboord (2003) heeft deze vier typen teruggebracht tot twee basisprofielen: cultuurgerichte en lezersgerichte docenten. Die beide groepen houden er een andere praktijk als poortwachter op na. Een thriller, bijvoorbeeld, past niet in de literatuuropvattingen van de cultuurgerichte docent, terwijl de lezersgerichte docent veel meer voor dat genre openstaat.
- In zijn onderzoek heeft Verboord (2006) laten zien dat de lezersgerichte benadering in de periode 1975-2000 steeds centraler is komen te staan in het Nederlandse literatuuronderwijs.
- Dat verklaart misschien ook de regelmatig terugkerende discussie rond de invulling van de ‘leeslijst’.
- Het helpt ook begrijpen waarom steeds meer docenten Nederlands recente adolescentenromans geschikt vinden om in de bovenbouw te lezen (Sikkema, 2013).
Binnen een lezersgerichte benadering is de match tussen een leerling en een boek cruciaal. Baanbrekend in dit opzicht is het proefschrift van Witte (2008), waarin een model wordt gepresenteerd om leerling-lezers van verschillende competentieniveaus te koppelen aan boeken die qua niveau bij hen passen.
- Een aanzienlijk deel van de docenten gebruikt de website Lezen voor lijst, die gebaseerd is op Wittes onderzoek, als uitgangspunt voor tekstselectie in het literatuuronderwijs (Oberon, 2016).
- In die zin geeft de website mede vorm aan wat in het onderwijs ‘literatuur’ wordt genoemd.
- Wederom blijkt het begrip daarbij breed.
Zo vallen onder Wittes ‘Niveau 3′ (het streefniveau van een havoleerling) zowel jeugdromans als boeken voor volwassenen. Ook staat een roman als Het gouden ei van Tim Krabbé (door sommige critici opgevat als een spannend boek zonder literaire waarde) naast een gecanoniseerd werk als Het bittere kruid van Margo Minco (de laatste P.C.
Hooftprijswinnaar). Websites als Lezen voor de lijst zijn voor leerlingen en docenten een handige keuzegids voor het literatuuronderwijs. Tegelijkertijd bepalen ze mede welke teksten onder leerlingen (blijven) circuleren. Ook in het Nederlandse onderwijs bestaan er regelrechte ‘schoolklassiekers’ die het beeld van literatuur voor menig leerling bepalen.
Grootschalig onderzoek naar de teksten die examenkandidaten havo/vwo voor het schoolvak Nederlands lezen legt enkele patronen in dat beeld bloot (Dera, 2019). Het overgrote deel van de teksten die leerlingen selecteren is geschreven door mannen met een westerse achtergrond.
Is Harry Potter een roman?
Harry Potter is een serie van zeven fantasy-romans geschreven door de Britse auteur J.K. Rowling. De romans vertellen het leven van een jonge tovenaar, Harry Potter, en zijn vrienden Hermelien Griffel en Ron Wemel, die allen student zijn op Zweinsteins Hogeschool voor Hekserij en Tovenarij.
Hoe noem je een romantisch boek?
De liefdesroman is een genre uit de zogenaamde triviaalliteratuur, waarvan de verhaallijn zich sterk concentreert op een romantische verhouding tussen twee protagonisten. Het genre is voornamelijk gericht op een vrouwelijk publiek en de boeken verschijnen vaak in serievorm.
Is het smelt een roman?
Het smelt, de debuutroman van de Vlaamse Lize Spit, kreeg kort na verschijnen meteen positieve recensies in Vlaamse en Nederlandse kranten en tijdschriften. Spits uitgeverij Das Mag wist succesvol aandacht te genereren voor de roman. Spit was veel te zien in talkshows en interviewprogramma’s en nominaties voor verschillende prijzen volgden.
- Het smelt won zowel de publieks- als juryprijs van de Bronzen Uil, haalde de shortlist van de Libris Literatuurprijs 2017 en werd door NRC Handelsblad uitgeroepen tot Boek van het jaar 2016.
- Lize Spit werd zelfs zo vaak geïnterviewd over de roman dat zij ironisch opmerkte meer tijd te hebben gespendeerd aan de interviews dan aan het schrijven zelf.
Het smelt werd mede door deze media-aandacht een weergaloze bestseller. Op het hoogtepunt van de verkoop werd er in Vlaanderen iedere drie seconden een exemplaar verkocht.
Wat moet een boek hebben?
Lid sinds – 14 jaar 4 maanden Een goed boek zet me aan het denken, bevat een bepaalde vorm van waarheid die gebaseerd is op de observaties van de schrijver, heeft personages die me bij blijven ook als het boek uit is, is geschreven in een stijl die het verhaal verrijkt en niet van het verhaal afleidt, en heeft een plot die me dwingt door te lezen tot het einde.
Wat is het genre van mijn boek?
Hoe bepaal je het genre? – Bedenk – als je dat nog niet helder had – in welk genre jouw boek valt. Gebruik onderstaand overzicht of kijk in de boekwinkel of bibliotheek welke genres er zijn. Of pak wat boeken uit je eigen boekenkast voor een nader onderzoek.
Hoeveel bladzijden heeft een roman?
Hoeveel woorden heeft een boek? Even googelen leert je dat de meeste boeken in de boekhandel zo’n 200 tot 300 pagina’s hebben. In het gemiddelde boek passen er gemiddeld 250 woorden op een pagina. Je moet dus tussen de 50.000 en de 80.000 woorden schrijven om op 200 tot 300 pagina’s uit te komen, en een boek van 250 pagina’s heeft ongeveer 60.000 woorden.
Hoe leg je uit dat een boek literatuur is?
Over het algemeen worden boeken bestempeld tot literatuur wanneer de verhalen origineel en kwalitatief bevonden worden. Dit komt onder andere door de personages die, in tegenstelling tot de lectuur, niet oppervlakkig zijn. Ze maken een verandering door gedurende het verhaal.
Wat is een niet literair boek?
Literatuur is een term uit de wereld van de boeken, Literatuur zijn teksten waarvan men vindt dat ze meer waarde hebben dan ‘gewone’ teksten. Het gaat dus om bijzonder knappe gedichten, verhalen, toneelstukken of andere teksten die als kunstwerken beschouwd worden.
Reisgidsen, kookboeken en knutselboeken zijn dus geen literatuur. Deze boeken zijn immers gewoon bedoeld om informatie te geven. Een literair werk heeft kenmerken die een ander werk (zoals een gewone reisgids) niet heeft. Als bijvoorbeeld in een boek de personages (de hoofd- of bijpersonen) een duidelijke verandering doormaken (van goed mens naar slecht mens of andersom bijvoorbeeld) dan is er sprake van literatuur.
Ook de stijl, de manier waarop het geschreven is, heel belangrijk. Zo kan een boek waar erg weinig in gebeurt toch “literair” worden bevonden. Een opvallend kenmerk van literatuur is dat de schrijver erg zijn best doet bij de keuze en de schikking van de woorden,
Vaak zijn het lange en moeilijke teksten, al hoeft dit niet zo te zijn. Het tegenovergestelde van literatuur is lectuur, Een roman kan bijvoorbeeld literatuur zijn, maar een dertien in een dozijn-stationsromannetje is het dan weer niet. Dat is dan weer ‘lectuur’. Het zijn niet de gewone lezers die bepalen wat tot de betere ‘literatuur’ behoort, maar literatuurwetenschappers, uitgevers en critici.
In een bibliotheek wordt heel veel literatuur bij elkaar verzameld. Een belangrijke prijs in de literatuur is de Nobelprijs voor Literatuur,